Half-om-half

Sinds een aantal weken hebben we twee kinderen op de basisschool en twee kinderen op het middelbaar onderwijs. Half om half, noemen we dat. Met de ene voet in de wereld van Top Model boekjes en het jeugdjournaal, met de andere voet in de wereld van huiswerk, toetsen en laptop-onderwijs. Het houdt je jong en maakt je oud. Tijdens het avondeten gaat het dan als volgt: ’Hoe was het op school?‘ De oudsten houden hun mond en prikken ongeïnteresseerd in hun aardappel, de jongsten babbelen honderduit over de baby van de juf, de plasketting die weg was en de tafel van zeven die nog altijd niet lukt. ‘Heb je nog huiswerk?’ De oudsten hebben inmiddels hun boontjes ontdekt en met een precisie wordt de groente ontleed. ‘De toets ging niet door, wanneer ik hem heb weet ik niet en van Nask (Natuur-Scheikunde) snap ik echt niets!’ Dan volgt er van onze kant een heel verhaal over plannen, agenda, eerder naar bed gaan en het opmeten van de schaduw en andere lastige formules. Intussen zijn de jongsten van verveling onder de tafel gaan zitten en mopperen dat ze er Niets van snappen en dat het Altijd over school gaat. Met als gevolg dat ik roep dat we ‘een rondje’ moeten doen. Een rondje houdt in dat iedereen twee minuten heeft om zijn verhaal te vertellen en de rest keurig luistert en zijn mondje houdt. De oudsten vinden dit stom en kinderachtig en roepen al bij voorbaat: ‘Nee, niet leuk, doen we niet!’ Half om half betekent een beetje van beide, van alles wat of helemaal niets. Om iedereen tevreden te houden besloten we in de herfstvakantie ons op te splitsen. Drie een dagje naar Amsterdam en drie naar Slagharen. Een geweldig idee. Niets is leuker dan met meiden van veertien urenlang door de smalle straatjes te slenteren en kleine winkeltjes te bekijken. En niets is leuker dan met meiden van acht van achtbaan naar zweefmolen te rennen, met als beloning een plakkerige zuurstok. ’s Avonds aan tafel zijn we weer één en kunnen we met een beetje geduld ons rondje afmaken!

Stem of voeg toe aan :