Neerlands trots
november 5th, 2009 | RSS Feeds | Geplaatst in: Columns 2009, november‘Mam, ken jij het volkslied?’ ‘Mwah,’ mompel ik, lezend in de ochtendkrant die voor me op tafel ligt, ‘het eerste couplet denk ik. Zo’n beetje..’ Ze schudt haar hoofd, dat had ze al gedacht. Dat volkslied is toch iets om trots op te zijn? Een lied dat ‘ons allemaal bindt’. Ik kijk haar meewarig aan. Het liefste zou ze willen dat iedereen alle vijftien coupletten uit het blote hoofd kent. En het dan elke dag uit volle borst zingen, de voeten stevig op de grond. Volgende week overhoring. Een tijdje geleden, laten we zeggen herfstvakantie vorig jaar, reisden we met de Spaanse luchtvaartmaatschappij naar het zuiden van Spanje. Op de terugreis moesten we een keer overstappen en daarna zouden we in één rechte streep doorvliegen naar Amsterdam. Die tussenstop werd een Iberische hel. Het zou een uurtje duren maar het werden er zes. Hangend over de metalen bankjes in de vertrekhal hielden we samen met onze fellow-dutchmen luidruchtig onze kroost bij elkaar, onderwijl ons volstoppend met halfgare tortilla’s en hadden we als enig vermaak het aanschouwen van een paar pubers die wijdbeens in het gangpad met hun DS’en zaten te combatten. Steeds nijdiger keken wij richting incheckbalie. Sorry, sorry en again sorry, keken zij terug. Het vliegtuig moest komen vanuit Berlijn, maar ja die Duitsers hè? Bleken ze aan de andere kant van het vliegveld geland te zijn. Tsss. Een uur later was de brandstof op en nog een uur later was het vliegtuig zonder ons vertrokken en moest er eerst een vliegtuig uit Amsterdam komen. Tot vier keer werden we naar een andere gate verwezen en toen de excuses op waren, kon het boarden beginnen.
In de buik van de Boeing bleek de chaos compleet. Iedereen was kriskras door elkaar geplaatst over de 189 stoelen. Moeders bleken meer dan dertig rijen verwijderd van kinderen die amper de maxi-cosi ontgroeid waren. Midden in het gangpad stond een hooggehakte stewardess die ons dwingend verzocht te gaan zitten want Maria wilde de passagiers tellen. Iedereen kon zien dat geen enkele stoel onbezet was. Dit werd te veel. Langzaam kwam het roodbruine leger in opstand en spoelde er een muur van verzet door de ruimte. ‘From here we take this over’, declameerde een fiere Brabantse op rij vijf. ‘You go after the curtain en say the captain he can go. And we gewoon change the seats!’ En anders komt ie maar hier, dan vertellen we het hem zelf wel. Haar mollige wijsvinger prikte in het rode jasje van Maria. De ronde bruine ogen van de stewardess keken hulpeloos naar haar collega’s die zich strategisch bij de nooduitgang ophielden. En dat was dat. Hoe makkelijk kan het zijn. Binnen vijf minuten hadden we allemaal een plekje bij elkaar, ronkten de motoren en gonsde het van de enthousiaste vakantieverhalen. Ellende verbroedert en helemaal als de opstand geslaagd is. Onoverwinnelijk die Nederlanders. Bij de landing op de baan in Schiphol werd spontaan het volkslied ingezet en in polonaise gingen we door de slurf – de verbouwereerde Spanjaarden achterlatend met een welgemeend ‘Den ko-ho-ning van Hispanje heb ik altijd geëerd…’